Klarinet | Dwarsfluit | Hobo | Fagot | Saxofoon | Trompet | Hoorn | Trombone | Eufonium en Tuba | Slagwerk
Slagwerk of percussie wordt ingedeeld in twee categorieën, de instrumenten met een duidelijke toonhoogte en de instrumenten waarvan de toonhoogte niet duidelijk is vast te stellen. Veel slagwerkinstrumenten zijn bespannen met een vel, dit zijn de trommen of “membranofonen” deze instrumenten hebben meestal en duidelijke toonhoogte, die bepaald wordt door het strak trekken van het vel over de trom, hoe strakker het vel hoe hoger de trom klinkt omdat het vel snel kan trillen. zo ook is een kleine trom hoger in klank dan een grote trom. Onbepaalde toonhoogten worden voortgebracht door onder andere bekkens, de hi-hat van het drumstel de tambourijn en castagnetten. Castagnetten en maracas (sambaballen) zijn ook nog eens idiofonen. Dit wil zeggen dat zij een materiaal afhankelijk geluid voortbrengen. Tot de percussiegroep behoren ook instrumenten als de buisklokken, xylofoon en marimba.